Voorschoten – De komende verkiezingen staan vooral in het teken van de decentralisaties, of wel de overheveling van de (jeugd) zorg van de rijksoverheid naar de gemeenten. Elke partij heeft daarover een mening in het verkiezingsprogramma. De Sociale Alliantie Voorschoten vergeleek de programma’s en keek of er wel voldoende aandacht was voor de zwakkeren in de samenleving.

En dan gaat het om mensen die moeite hebben met het vinden van passend werk, met het rondkomen van een minimuminkomen of met het zelfstandig kunnen regelen van hun zaken. De overheid gaat uit van eigen verantwoordelijkheid en zelfredzaamheid maar uit ervaring weten de leden van de SAV dat dit lang niet voor iedereen haalbaar is.

De SAV heeft daarom geprobeerd de partijprogramma’s te vergelijken op een aantal thema’s namelijk armoedebeleid, toeleiding naar werk en samenhang met de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo). Deze thema’s zijn verder geconcretiseerd in een aantal aandachtspunten, zoals bijv. de toegankelijkheid van de Sociale Dienst, die nu in Leidschendam –Voorburg is gesitueerd. Alle partijen willen ten minste de balie terughalen naar Voorschoten, maar sommige willen de dienstverlening verder verruimen in Voorschoten en scoren daardoor hoger op dit onderdeel.

Er blijken behoorlijke verschillen in de aandacht van de partijen voor het sociale domein. Veel aandacht voor armoedeproblematiek werd aangetroffen bij GL, PvdA en SP en zij scoren relatief hoog op dit punt. De SAV waardeert dat sommige partijen daarbij ook oog hebben voor de gevolgen van armoedeproblemen voor de kinderen in deze – vaak eenouder – gezinnen.

Het CDA valt op doordat zij als enige duidelijke ondersteuning willen bieden aan de organisatie SchuldHulpMaatjes, die veel kan betekenen voor mensen met financiële problemen. En GL gaat als enige in op de situatie van vluchtelingen. Soms wordt ook aandacht besteed aan de noodzaak van een Voedselbank in Voorschoten of aan andere vormen van financiële ondersteuning zoals de bijzondere bijstand die door aanpassingen van de regels steeds meer bijzonder dreigt te worden. De programma’s van D66, ONS en de VVD zijn het meest summier of globaal als het over het sociale domein gaat. Van de SP was een wat concretere uitwerking verwacht.

De SAV acht het van groot belang dat een werkeloze ondersteuning krijgt bij het weer aan het werk kunnen gaan. Veel partijen lijken het hier mee eens, maar zelden wordt aangegeven hoe dit zou moeten gebeuren. Wel wordt de ‘tegenprestatie’ genoemd als een optie, maar hoe deze vorm moet krijgen, wordt in het midden gelaten terwijl er heel wat vast zit aan een zinvolle invulling.

Qua aandacht voor het belang van werkgelegenheid en re-integratie springt het programma van de PvdA er in positieve zin bovenuit. Naast de PvdA is D66 de enige partij die expliciet aandacht besteed aan het toenemende probleem van de jeugdwerkloosheid. Mogelijk is dit andere partijen niet ontgaan, maar we kunnen bij deze vergelijking slechts afgaan op wat de partijprogramma’s vermelden. En dit geldt natuurlijk ook voor de andere thema’s. CDA en ONS besteden nauwelijks aandacht aan werkgelegenheid en de VVD bekijkt dit vanuit de optiek van de werkgever.

De door het rijk ingezette decentralisaties bieden de mogelijkheid om ondersteuning van burgers beter af te stemmen tussen de diverse probleemgebieden. Dit zou besparingen kunnen opleveren die helaas al van te voren zijn ingeboekt. Voor de SAV is het van belang dat een integrale benadering van de cliënt centraal staat en over de huidige grenzen van Wmo, arbeid en financiële zelfstandigheid en jeugdzorg wordt heen gekeken.  Het belang van deze integrale aanpak (één gezin, één plan, één regisseur) wordt lang niet door alle partijen als een speerpunt opgevoerd.

Back To Top